EADGBE
Em  022000
E   022100
Am  X02210
F   133211
G   3X0003
C   X32010


During (quiet) the first coupletten the agreements become here and there what decorated.
\ ns what with your we finger on the g g-snaar during aphtha okay Len of E-akkoord, for
The Am of \ full of beer and of gramme \ are played on the fifth position, where there 
also still nootje on the high e e-snaar, 7th fret is pinched. \ t are a number of
Brel, thus sing and play as if you live there as from hangs because differently it 
a radio Noordzee-deuntje.


Am
    In de stad Amsterdam
        Em
Waar de zeelieden lallen
        F
Tot hun nachtmerries schallen
     E
Over oud-Amsterdam

      Am
In de stad Amsterdam
        Em
Waar de zeelieden dronken
           F         E
En als een wimpel zo lam
      Am
In de dokken gaan ronken

      C
In de stad Amsterdam
        G                 E
Waar de zeeman verzuipt
        Am
Vol van bier en van gram
       E
Als de morgen ontluikt


      F
In de stad Amsterdam
        E
Waar de zeeman ontwaakt
       F           E
Als de warmte weer blaakt
     Am        Em      Am  Em
Over Damrak en Dam

      Am
In de stad Amsterdam
        Em
Waar de zeelieden blikken
         F
Zilv'ren haringen pikken
       E
Bij de staart, uit de hand

          Am
En van de hand in de tand
        Em
Smijten zij het hun knaken
        F          E
Want ze zullen hem raken

Am                 Em
Als een kat in het want


      C
En ze stinken naar aal
       G          E
In hun grofblauwe truien
      Am
En ze stinken naar uien
        Em
Daarmee doen ze hun maal
          F
En na dat maal staan ze op
       E
Om hun broek dicht te knopen
       F            E
En dan gaan ze weer lopen
       Am           Em

En het boert in hun krop


      Am
In de stad Amsterdam
        Em
Waar de zeelui gaan zwieren
      F
En de meiden versieren
         E
Buik aan buik, lekker klam

      Am
En ze draaien hun wals
        Em
Als een wentelende zon
      F            E
Op de klank dun en vals
        Am     Em
Van een accordeon

      C
En zo rood als een kreeft
       G            E
Happen zij naar wat lucht
      Am
Als opeens met een zuc
     Em
De muziek het begeeft
           F
En met een air van gewicht
       E
Voeren zij dan met spijt
         F       E
Weer hun Mokumse meid
        Am          Em
Weer terug naar het licht

      C (tacet)
In de stad Amsterdam
Waar de zeelui gaan zuipen
En maar zuipen en zuipen
En dan nog maar een keer zuipen

Zuipen op het geluk
Van een hoer van de Wallen
Of een Hamburgse hoer
Nou ja, van een goed stuk
        C
Van een slet die zichzelf
        G             E
En haar deugd heeft geschonken
         Am
Voor een gulden of elf
       Em
En dan zijn ze goed dronken

           F
En met hun wank'le lijven
      E
Lozen zij dan hun drank
F               E
Pissen zoals ik jank
      Am          Em
Op de ontrouw der wijven
      Am
In de stad Amsterdam
      Em                F   E  Am Em
In de stad Amsterdam
      Am
In de stad Amsterdam
      Em                F   E  Am Em Am
In de stad Amsterdam
Show more